vermaard kenner der chineesche en japansche taal en literatuur, geb. 16 Febr. 1805 te Würzburg, studeerde aldaar in philologie, kwam daarop naar Nederland, waar hij zich op de studie van het chineesch en japansch toelegde, werd ten slotte hoogleeraar in die talen te Leiden, en overl. 23 Jan. 1878 te Den Haag; hij gaf in licht: Catalogus librorum et manuscriptorum japonicorum (Leiden 1845), Japanische Sprachlehre (ald. 1877, met aanhangsel: Japanische Sindien, 1878) enz. Met den natuurvorscher Ph.
Fr. von Siebold stelde hij het omvangrijke werk Nippon. Arehiv zur Beschreibung von Japan etc. (Leiden 1832—51, 20 afdeelingen) samen. Voorts gaf H. met von Siebold nog uit de Bibliotheca Japonica, etc. libri VI.
