Werkwoorden vervoegen
afscannen
Tegenwoordige tijd afscannen
Ik scan af
Jij scant af
scan jij af?
U scant af
Hij/Zij/Het scant af
Wij scannen af
Jullie scannen af
Zij scannen af
Verleden tijd van afscannen
Ik scande af
Jij/U scande af
Hij/Zij/Het scande af
Wij scanden af
Jullie scanden af
Zij scanden af
Voltooid deelwoord van afscannen
afgescand
Tegenwoordig deelwoord van afscannen
afscannend