Roering - v. het roeren;
— , (-en), beweging: er is roering in het water ;
— buikloop ;
— zachte gemoedsbeweging, ontroering: men kan dat niet zonder roering lezen ;
— beroerte, opschudding : de roering in het land ;
— hooge vloed (van het springtij);
— bewoeling, bekleeding van den ankerring.