Peen - v. (penen), eene plant (daucus carota), tot de familie der Schermdragenden behoorende met witte bloemen, vindeelige bladeren en een vleezigen, zoeten wortel, die als toespijs of groente veel gebruikt wordt; de wortel dezer plant; witte peen, pastinak;
— (spr.) dat is andere peen, dat is wat anders;
— ergens de peentjes opscheppen, den boel opscheppen. PEENTJE, o. (-s).