Papkind o. (-ers, -eren), kind, dat met pap wordt gevoed : het is een papkindje, (ook) een kindje dat zeer zwak is;
...KOMMETJE, o. (-s);
...LEPEL, m. (-s), lepel waarmede men pap eet;
— (spr.) het met den paplepel ingeven, iets inpompen;
— dat is hem met den paplepel ingegeven, dat is hem in zijn vroegste jeugd al ingeprent;
— hoeveelheid die op een paplepel gaat: van dit drankje ieder uur een paplepel;
...LEPELTJE, o. (-s).