Gepubliceerd op 27-09-2018

Oeverlooper

betekenis & definitie

Oeverlooper m. (-s), snipachtige vogel (actitis hypoleucos). 15 + 6 cM. groot, met schuwe bewegingen en haastigen loop; hij maakt zijn nest op den grond;

— eene soort van loopkever met metaalachtig groen lichaam (elaphrus riparius), die slijkerige waterkanten en den bodem van uitdrogende waterplassen afzoekt.

< >