Gepubliceerd op 19-09-2018

Maalstroom

betekenis & definitie

Maalstroom m. (-en), ronddraaiende strooming, wieling in het water, b. v. bij botsing van twee tegen elkander inloopende zeestroom en: de maalstroomen waren zeer gevaarlijk voor de schepen die in hunne nabijheid kwamen;

— (spr.) (w. g.) van de branding in den maalstroom geraken, van den wal in de sloot, uit den regen in den drop;
— (fig.) een maalstroom van vermaken, van aandoeningen, groote menigte; een maalstroom van verwarring, eene buitengemeen groote verwarring.

< >