LEEUWENKOP, m. (-pen);
...KRACHT, v. kracht van den leeuw, buitengewone kracht;
...KUIL, m. (-en), oudtijds een kuil waarin leeuwen, wien ten doode gedoemde menschen werden toegeworpen Daniël in den leeuwenkuil;
...MANEN. v. mv. lange haren om den nek van een leeuw;
...MERG, o. (fig.) krachtige spijs jarenlang gevoed met het leeuwenmerg der oudheid, de klassieke studiën;
...MOED, m. buitengewone heldhaftigheid: zich met leeuwenmoed verdedigen;
...MUIL, m. (-en), bek van een leeuw;
— (plantk.) eene sierplant, tot de familie der lipbloemigen behoorende;
...OOG, o. (-en), oog van een leeuw;
...OOR, o. (-en), oor van een leeuw;
...ORDE, v. zekere ridderorde, zie leeuw;
...RIDDER, m. (s), ridder der Leeuwenorde.