GIL, m. (-len), een schelle, doordringende kreet (inz. van eene vrouw of een kind): een luide, een rauwe gil; zij gaf een gil van blijdschap;
— kort, hoog, schel geluid eener stoomfluit, inz. van eene locomotief. GILLETJE, o. (-9).
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: