(stoomde op, is opgestoomd),
1. (van stoomboten of spoortreinen) in een bepaalde richting of verder stomen: wij stoomden de kant van Utrecht op ; na een dag oponthoud is de boot weer opgestoomd;
2. (zuivelb.) met stoom de binnenste kaasbak verwarmen om de melk op stremmingstemperatuur te brengen.