v.,
1. onvastheid : ae onzekerheid van haar stem was opvallend;
2. ongenoegzame bekendheid met iets, twijfel omtrent iets : de voortdurende onzekerheid over de toestand van haar kind ; iem. in onzekerheid laten ;
3. twijfelachtigheid, onbetrouwbaarheid: in de onzekerheid der komende dingen .