Definities van Groot woordenboek der Nederlandse taal in de Ensie L
- Longa est vita si plena est
- Longaandoening
- Longademhaling
- Longader
- Longae pacis mala
- Longas regibus esse manus
- Longblaasje
- Longbloeding
- Longe
- Longe aberrat scopo
- Longe absit
- Longengymnastiek
- Longgezwel
- Longimetrie
- Longinquitas redargui non potest
- Longitude
- Longitudinaal
- Longkamer
- Longknobbel
- Longkruid
- Longkwaal
- Longkwab
- Longmos
- Longo sed proximus intervalio
- Longoedeem
- Longontsteking
- Longoppervlak
- Longpest
- Longpijp
- Longroom
- Longslagader
- Longslak
- Longtering
- Longtrechter
- Longtuberculose
- Longum iter est per praecepta, breve et efficax per exempla
- Longus
- Longvaten
- Longvis
- Longvuur
- Longweefsel
- Longworm
- Longwormziekte
- Longziekte
- Longzweer
- Lonk
- Lonken
- Lonker
- Lonkje
- Lonkster
- Lont
- Lontar
- Lontarpalm
- Lontroer
- Lontstok
- Loo
- Loochenaar
- Loochenbaar
- Loochenen
- Loochening
- Lood
- Loodaarde
- Loodaars
- Loodacetaat
- Loodachtig
- Loodader
- Loodas
- Loodazijn
- Loodbalie
- Loodband
- Loodbatterij
- Loodbedekking
- Loodberg
- Loodblauw
- Loodblik
- Loodblok
- Loodboom
- Loodbuisje
- Looddamp
- Looddekker
- Looddraad
- Looderts
- Loodfabriek
- Loodfoelie
- Loodgeel
- Loodgieter
- Loodgieterij
- Loodglans
- Loodglansziekte
- Loodglas
- Loodglazuur
- Loodglit
- Loodgrijs
- Loodhoudend
- Loodinrichting
- Loodje
- Loodjicht
- Loodkabel
- Loodkleur
- Loodkleurig
