Definities van Groot woordenboek der Nederlandse taal in de Ensie L
- Loodklopper
- Loodkoliek
- Loodkoning
- Loodkruid
- Loodlegering
- Loodlei
- Loodlepel
- Loodlijn
- Loodlijnig
- Loodmannen
- Loodmenie
- Loodmes
- Loodmetaal
- Loodmijn
- Loodnagel
- Loodolie
- Loodoxyde
- Loodpan
- Loodpapier
- Loodpees
- Loodpleister
- Loodpoeder
- Loodpot
- Loodpreparaat
- Loodproef
- Loodprop
- Loodrecht
- Loodreep
- Loods
- Loodsballon
- Loodsboot
- Loodsbriefje
- Loodsdienst
- Loodsen
- Loodsgeld
- Loodsim
- Loodsje
- Loodskantoor
- Loodskotter
- Loodslab
- Loodsman
- Loodsmannetje
- Loodsoldeer
- Loodspaat
- Loodspijker
- Loodspijs
- Loodsponning
- Loodsschuit
- Loodssein
- Loodssignaal
- Loodsstation
- Loodsstomer
- Loodsteen
- Loodstok
- Loodstrook
- Loodsuiker
- Loodsvaartuig
- Loodsvaarwater
- Loodsvlag
- Loodswezen
- Loodtalie
- Loodtang
- Loodtrekker
- Loodverbinding
- Loodverf
- Loodvergiftiging
- Loodvervig
- Loodvijl
- Loodvitriool
- Loodvoering
- Loodvorm
- Loodvrij
- Loodwater
- Loodwit
- Loodwol
- Loodzalf
- Loodzand
- Loodziekte
- Loodzout
- Loodzwaar
- Loof
- Loofachtig
- Loofboom
- Loofbos
- Loofdak
- Loofheid
- Loofhout
- Loofhut
- Loofhuttenfeest
- Loofmos
- Loofplanten
- Loofrijk
- Loofrol
- Loofstil
- Loofwerk
- Loofzangers
- Loog
- Loogachtig
- Loogas
- Loogbad
