(<Lat.), o. (-en),
1. aanblik, voorkomen;
2. stand ener planeet;
3. (op zeekaarten) afbeelding der kustlijnen; —
4. uitzicht in de toekomst: de aspecten voor de scheepsbouw zijn gunstig;
5. (taalk.) aspect van een werkwoord, het ww. beschouwd t.o.v. de daardoor uitgedrukte opeenvolging der gebeurtenissen, b.v. iteratief, inchoatief enz.