(Fr.: méthodes analytiques; Du.: analytische Methoden; Eng.: analytic(al) methods).
De technische berekeningen in de statica als onderdeel van de toegepaste mechanica zijn te splitsen in twee groepen: de grafische en de analytische. De laatste groep wordt onderscheiden in de exacte en de benaderingsberekeningen. Veelal zijn de diverse methoden bekend onder de namen van de oorspronkelijke vinders. De bekendste zijn de volgende.1. Berekening van vormveranderingen en statisch onbepaalde grootheden:
a. methode van de momentvlakken van O. Mohr;
b. methode van het elastisch zwaartepunt van Müller-Breslau;
c. methode van de drie-momentenvergelijking van Clapeyron;
d. methode van de vier-momentenvergelijking van F. Bleich;
e. relaxatiemethoden van Southwell en Cross;
f. iteratiemethoden van Kani:
g. de methode van de vormveranderingsarbeid van Castigliano en Menabrea;
h. de methode van de virtuele verplaatsingen van O. Mohr.
2. Berekeningen van zwaartepunten en vlakke traagheidsmomenten, alsmede de optredende spanningen in een staafdoorsnede. Bekend zijn de methode van Spangenberg en de iteratieve methode van Bakhoum.
3. De elasticiteitsberekening van paalfunderingen, het eerst geïntroduceerd door Nökkentvedt, daarna uitgebreid door Franx (met buigspanningen in de palen). Van Noz een exacte methode voor de bepaling van het nulpunt. Lit.: zie Mechanica.