Synoniem van was

was - ester van een hoger alkanol en een hoger alkaancarbonzuur, of stof van een andere samenstelling die eveneens transparant tot opaal is, kleverig en kneedbaar. Bijenwas wordt geproduceerd door honingbijen. Maagdenwas, entwas, stopwas, voorwas of voorstoot heet de witte was waarmee bijen de reten van de korf dichtmaken; jonge bijen produceren de gele of vuilwitte jonkvrouwenwas. In rottende lijken die onder water liggen of in vochtige grond zijn begraven, ontstaat lijkenwas, adipocera of adipocire. Aardwas of ozokoriet is een natuurlijke minerale soort was; deze bestaat uit vaste koolwaterstoffen uit de methaanreeks en ziet eruit als een zwart, bruin of groen mengsel. (Zie: bitumen.) Voor het boenen van houtwerk gebruikt men boenwas of wrijfwas, een mix van was en terpentijn: vloerwas voor vloeren en meubelwas voor meubels.

Zie: verbinding,

was - zelfstandig naamwoord

1. doorschijnende, vette stof die door bijen gemaakt wordt
♢ we zetten deze oude houten tafel in de was
1. als was in iemands handen zijn
[heel gewillig]
2. goed in zijn slappe was zitten
[rijk zijn]

1. wat gewassen moet worden
♢ de was zit in de wasmand
1. de vuile was buiten hangen
[tegen buitenstaanders vertellen over je problemen en ruzies]
2. het wassen
♢ wanneer doe je de was?
1. een kind kan de was doen
[het is heel eenvoudig]

Zelfstandig naamwoord: was
de was
de wassen

Synoniemen
boenwas, wax

Zelfstandig naamwoord: was
de was
de wassen
het wasje

Synoniemen
wasgoed