Synoniem van tas

tas - min of meer rechthoekig of vierkant voorwerp van stijve stof, kunststof of leer, bestemd om voorwerpen, boodschappen, papieren en dergelijke in te bewaren en/of met zich mee te dragen. Een aktentas, voor boeken en papieren, is van leer en rechthoekig van vorm; hij opent met een klep en bestaat uit diverse vakken. De diplomatentas is ook voor papieren en boeken bedoeld, heeft geen vakken, maar wel een ritssluiting. Een diplomatenkoffertje is plat en gemaakt van metaal of kunststof; er worden papieren in opgeborgen. Synoniemen: attaché-case, suitcase. Voor boeken gebruik je een boekentas; voor schoolboeken een schooltas. Geweerpatronen vinden een plaats in een patroontas, boodschappen in een boodschappentas, badbenodigdheden in een badtas en gereedschap in een gereedschapstas. Vrouwen dragen een klein tasje, de handtas, bij zich voor make-up, geld en dergelijke. Twee vormen zijn de reticule, een zakvormige kleine handtas zonder beugel, die aan de bovenkant kan worden dichtgehaald, en de karbies, die van stro of doek is gemaakt, geen sluiting heeft, maar wel twee oren. Mannen dragen een polstasje aan de pols, voor kleine dagelijkse benodigdheden en geld. Men draagt een schoudertas of pukkel met een riem over de schouder. Herders bewaren hun spullen in een herderstas, niet te verwarren met de weitas of jagerstas: de tas van een jager. Aan paardezadels kan een zadeltas worden vastgemaakt, zoals een fietstas wordt bevestigd aan de bagagedrager van een fiets. Voor reisbenodigdheden als kleding gebruikt men een reistas. Soldaten dragen op hun rug een vierkante tas of ransel.

Zie: koffer.

Een menigte dingen op en bij elkander. Hoop veronderstelt eene groote hoeveelheid voorwerpen, die op en door elkander liggen, een hoop steenen een hoop hooi. Massa drukt meer uit dat iets een ongeregeld, ongeordend geheel is; het wordt ook van vloeistoffen gezegd. Eene verwarde massa. Ook bij tas denkt men meer aan een onregelmatige opeenhooping. Bij stapel onderstelt men doorgaans eene regelmatige schikking. Een stapel guldens = een aantal guldens netjes op elkander gelegd.

tas - zelfstandig naamwoord

1. voorwerp met handvat of draagriem waarin je spullen kunt meenemen
♢ in haar tas zat alleen een portemonnee

Zelfstandig naamwoord: tas
de tas
de tassen
het tasje