• Home
  • Inloggen
  • Onderwijs
  • Over
  • Geschiedenis
  • Kiosk
  • Contact
  • Manifest

ENCYCLOPEDIE SINDS 1946

 

Synoniemen zoeken

Uitgelicht

Winkler Prins Studie

Nu beschikbaar op Ensie! Winkler Prins encyclopedie met afbeeldingen, illustraties, geluidsfragmenten en video's.

Bekijk direct!

Synoniem van pas

  • bankpas
  • betaalkaart
  • betaalpas
  • daarnet
  • juist
  • laatst
  • nauwelijks
  • net
  • onlangs
  • paspoort
  • pinpas
  • recentelijk
  • schrede
  • stap
  • voetstap
  • zo-even
  • zojuist
Synoniem van 'n ander trefwoord
  • afpaling
  • amper
  • bankpas
  • bergengte
  • bergovergang
  • bericht
  • betaalkaart
  • betaalpas
  • daarnet
  • grensdocument
  • identiteitsbewijs
  • juist
  • kortelings
  • kortgeleden
  • laatst
  • nauwelijks
  • net
  • onlangs
  • paspoort
  • pinpas
  • recentelijk
  • schrede
  • stap
  • voetstap
  • zo-even
  • zojuist
  • Betekenis van pas
  • Spreekwoorden met pas
  • Spelling van pas
  • pas vervoegen
2019-10-24 2019-10-24
Groot Synoniemenwoordenboek

Groot Synoniemenwoordenboek

P.G.J. van Sterkenburg (1991)

pas

pas - op de plaats maken lopen zonder vooruit te komen. Synoniem met de pas markeren.

2017-11-14 2017-11-30
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

pas

pas - bijwoord, zelfstandig naamwoord

1. nog maar korte tijd (geleden)
♢ zij zijn pas getrouwd
2. zo dat het precies op maat is
♢ die jurk is precies pas
1. van pas komen
[wat je goed kunt gebruiken]
3. niet meer dan, later dan, etc.
♢ hij is pas achttien

1. doorgang tussen twee bergen
♢ we reden door de Sint Gotthardpas naar Italië

1. document van de overheid met je foto, je naam en je geboortedatum
♢ bij de pascontrole bleek dat hij zijn boetes niet betaald had

1. plastic kaartje waarmee een rekeninghouder van een bank geld kan opnemen of kan betalen
♢ haal eerst uw pas uit de automaat en wacht dan op uw geld

1. keer dat je je ene voet voor je andere zet
♢ hij maakte een grote pas vooruit
1. iemand de pas afsnijden
[dwarsbomen, verhinderen verder te gaan]
2. pas op de plaats maken
[bewust geen vooruitgang maken]
3. uit de pas lopen
[niet gelijk op gaan met anderen]

Algemene uitdrukkingen:
1. dat is pas werken
[dat is erg hard werken]
2. dat geeft geen pas
[dat hoort niet]
3. goed van pas komen
[het goed kunnen gebruiken]
4. te pas en te onpas
[telkens weer, bij elke gelegenheid]
Bijwoord: pas

Synoniemen
daarnet, juist, laatst, nauwelijks, net, onlangs, recentelijk, zo-even, zojuist

Tegenstellingen
al, reeds

Zelfstandig naamwoord: pas
de pas
de passen

Synoniemen
paspoort

Zelfstandig naamwoord: pas
de pas
de passen
het pasje

Synoniemen
bankpas, betaalkaart, betaalpas, pinpas

Algemene uitdrukkingen:
1. dat komt goed van pas
[ik kan het goed gebruiken]
2. het woordenboek moest eraan te pas komen
[moesten we te hulp roepen]
3. ik kom er nooit aan te pas
[ik mag nooit meedoen]
4. te pas en te onpas
[op elk willekeurig moment]
5. dat geeft geen pas
[dat hoort niet]
Zelfstandig naamwoord: pas
de pas
de passen
het pasje

Synoniemen
schrede, stap, voetstap

ENCYCLOPEDIE SINDS 1946

  • Home
  • Inloggen
  • Onderwijs
  • Over
  • Geschiedenis
  • Kiosk
  • Contact
  • Manifest
  • Word vriend
  • Woorden beginnend met
  • Synoniemen
  • Spreekwoorden
  • De of Het
  • Schrijvers
  • Categorie
  • Afkorting
  • Vervoegen
  • Disclaimer
  • NTD
  • Artikel publiceren?
  • Adverteren?
© 2025 Ensie | Hosted by Rootnet

Inloggen

Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.

Toevoegen aan favorieten?

Favorieten

Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:

  • Je eigen Ensie account
  • Direct toegang tot alle zoekresultaten
  • Volledige advertentievrije website
  • Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk

Klik hier om vriend te worden