Synoniem van maaltijd

maaltijd - min of meer grote hoeveelheid voedsel die iemand gedurende een betrekkelijk korte periode nuttigt. Synoniem met maal. 's Ochtends is er het ontbijt, tussen twaalf en twee de lunch (zie aldaar), tussen zes en negen uur 's avonds het avondmaal, avondeten of de avondmaaltijd en eventueel later op de avond nog een souper. Een diner is een min of meer feestelijke of uitgebreide warme maaltijd; bij een diner dansant is gelegenheid tot dansen. Bij een broodmaaltijd of boterham wordt alleen of hoofdzakelijk brood gegeten; het is een koude maaltijd. Tijdens een feest richt men een feestmaal, festijn of, formeel, feestdis aan; bij een gastmaal zijn ook gasten aanwezig; als dat er veel zijn en de gelegenheid officieel is, heet een gastmaal een banket. In kleine kring houd je een feestelijk etentje. Barbecues vinden plaats in de open lucht; hierbij roostert men vleesgerechten. De picknick is ook een buitengebeuren; de deelnemers nemen proviand van huis mee. Tijdens een braspartij, brasmaal, smulpartij of slemppartij drinkt en eet men overdadig. Verschillende gerechten vormen een menu, dat door een restaurateur voor één prijs wordt aangeboden. Een rijsttafel bestaat uit rijst met talrijke bijgerechten. Het woord eten gebruik je na een voorzetsel: 'na het eten gingen we weg', 'niet praten tijdens het eten'. Een afscheidsmaal is de laatste maaltijd die men ergens krijgt. Misdadigers krijgen voor hun terechtstelling hun galgemaal voorgeschoteld. In de kerstnacht en oudejaarsnacht houdt men in Frankrijk en België een maaltijd die bekendstaat als réveillon. Een collatie is een lichte maaltijd die rooms-katholieken tijdens de vasten naast de hoofdmaaltijd gebruiken. Een agape of liefdesmaal was een cultische maaltijd van de vroege christenen.

Zie: versnapering.

maaltijd - zelfstandig naamwoord
uitspraak: maal-tijd

1. keer per dag dat je voedsel eet
♢hoe laat gebruiken jullie de warme maaltijd?

Zelfstandig naamwoord: maal-tijd
de maaltijd
de maaltijden
het maaltijdje

Synoniemen
maal