Gepubliceerd op 30-07-2020

Het zwarte schaap

betekenis & definitie

degeen die van alles de schuld krijgt, zondebok; (ook) een onwaardig lid van een familie, iemand die uitgestoten moet worden, verschoppeling. De benaming kan ontleend zijn aan Genesis 22, waar wordt medegedeeld dat Jakob de zwarte schapen uit de kudde verwijderde, maar misschien is alleen gedacht aan het sterke afsteken van een zwart dier in een witte kudde, waarbij zwart dan onwillekeurig werd geassocieerd met ongunstige eigenschappen. Fr. la bête noire, „une personne qu’on ne peut souffrir”; Hd. das schwarze Schaf in der Familie; Eng. the black sheep of the family.

< >