Spaans woordenboek (SP-NL)

Dr. C.F.A. van Dam (1948)

Gepubliceerd op 18-05-2022

Como

betekenis & definitie

adv. hoe, zoals; ¡cómo llueve! wat regent het (hard)! evenals, gelijk; naar, gelijk; als, in de kwaliteit van; waarom; zodra; zodat, opdat; als, zo, indien; como (que), daar, aangezien; como sea = siendo; ongeveer; yo, como ustedes, iría a Madrid, als ik in uw plaats was, zou ik naar Madrid gaan; m. el cómo, het hoe; ¡cómo! interj. hoe! wat! ¿cómo así? hoe komt dat nu? ¿cómo no? hoe zou het anders kunnen? como quier que, ofschoon.

< >