Deze uitdrukking is ontleend aan het Engels (Iron Lady - dame die tegen alles bestand is). Het was de Britse premier Margaret Thatcher die in de jaren tachtig dit grimmige etiket opgeplakt kreeg. Zij was daarmee de eerste ‘ijzeren’ vrouw. Voordien kenden we alleen ijzeren mannen: de IJzeren Hertog Alva en diens Engelse pendant, de Iron Duke (de eerste Duke of Wellington).
Inmiddels breidt het aantal ijzeren dames zich langzaam maar zeker uit. In 1993 kreeg ook de vice-president van de Servische republiek Bosnië, Biljana Plavšić, deze koosnaam. En in 1997 omschreef de Russische minister van buitenlandse zaken Primakov - net niet onvriendelijk - zijn Amerikaanse collega Madeleine Albright als een ‘ijzeren dame, maar tegelijk een constructieve dame’.
Ook de voormalige minister Els Borst werd, naar het schijnt, af en toe een ijzeren dame genoemd. In 1997 zei ze in een vraaggesprek: ‘Ik herken me in het beeld van de ijzeren dame met de fluwelen handschoen.’ In deze uitspraak mengde Borst twee, van oorsprong Engelse, uitdrukkingen door elkaar: de ijzeren dame en de ijzeren vuist in de fluwelen handschoen (the iron fist in the velvet glove).