Definities van Prisma Groot Woordenboek Nederlands in de Ensie O
- ontzield
- ontzien
- ontzilten
- ontzouten
- ontzuilen
- ontzuiling
- ontzwavelen
- onuitputtelijk
- onuitroeibaar
- onuitspreekbaar
- onuitsprekelijk
- onuitstaanbaar
- onuitvoerbaar
- onuitwisbaar
- onvaderlands
- onvast
- onveilig
- onveranderd
- onveranderlijk
- onverantwoord
- onverantwoordelijk
- onverbeterlijk
- onverbiddelijk
- onverbindend
- onverbindendverklaring
- onverbloemd
- onverbreekbaar
- onverbrekelijk
- onverbuigbaar
- onverdacht
- onverdedigbaar
- onverdeeld
- onverdeeldheid
- onverdienstelijk
- onverdorven
- onverdraaglijk
- onverdraagzaam
- onverdroten
- onverenigbaar
- onverflauwd
- onvergankelijk
- onvergeeflijk
- onvergelijkbaar
- onvergelijkelijk
- onvergetelijk
- onvergolden
- onverhard
- onverhinderd
- onverhoeds
- onverholen
- onverhoopt
- onverkiesbaar
- onverklaarbaar
- onverkoopbaar
- onverkort
- onverkwikkelijk
- onverlaat
- onverlet
- onvermeld
- onvermengd
- onvermijdelijk
- onverminderd
- onvermoed
- onvermoeibaar
- onvermoeid
- onvermogen
- onvermogend
- onvermurwbaar
- onverricht
- onversaagd
- onverschillig
- onverschrokken
- onversneden
- onverstaanbaar
- onverstand
- onverstandig
- onverstoorbaar
- onverstoord
- onvertaalbaar
- onverteerbaar
- onvertogen
- onvervaard
- onvervalst
- onvervreemdbaar
- onvervuld
- onverwacht
- onverwijld
- onverwoestbaar
- onverzadigbaar
- onverzadigd
- onverzettelijk
- onverzoenlijk
- onverzorgd
- onverzwakt
- onvindbaar
- onvoegzaam
- onvoldaan
- onvoldaanheid
- onvoldoende
- onvoldragen
