Definities van Prisma Groot Woordenboek Nederlands in de Ensie H
- helper
- helpfunctie
- helpster
- hels
- Helvetiër
- Helvetisch
- hem
- hema-
- hematogeen
- hematologie
- hematologisch
- hematoloog
- hematoom
- hemd
- hemdbloes
- hemdjurk
- hemdrok
- hemdsboord
- hemdsmouw
- hemel
- hemelbed
- hemelbestormer
- hemelbol
- hemelboog
- hemelgewelf
- hemelglobe
- hemelhoog
- hemelkoepel
- hemellichaam
- hemelopneming
- hemelpoort
- hemelrijk
- hemels
- hemelsblauw
- hemelsbreed
- hemelsluizen
- hemelsnaam
- hemeltergend
- hemeltjelief
- hemelvaart
- Hemelvaartsdag
- hemelwaarts
- hemelwater
- hemerotheek
- hemi-
- hemicyclus
- hemiplegie
- hemisfeer
- hemisferisch
- hemistiche
- hemmen
- hemodialyse
- hemofilie
- hemoglobine
- hemogram
- hemorragie
- hemorroïden
- hen
- hendel
- hendiadys
- hendrik
- hengel
- hengelaar
- hengelen
- hengelstok
- hengsel
- hengst
- hengsten
- hengstenbal
- hengstenbron
- hengstveulen
- henna
- hennenei
- hennengat
- hennep
- hennepen
- hennepgaren
- hennepolie
- hennepzaad
- henry
- hens
- hepatitis
- hepta-
- heptameter
- Heptateuch
- her
- her-
- herademen
- heraldicus
- heraldiek
- heraldisch
- heraut
- herbarium
- herbebossen
- herbeginnen
- herbegrafenis
- herbenoemen
- herberg
- herbergen
- herbergier