Gepubliceerd op 21-02-2019

Willem kok

betekenis & definitie

Willem Kok geb. Oosterhout 1761, overl. Amsterdam 29 maart 1807. Leerling van C. Philips Jbsz.

Werkzaam in Amsterdam, verbleef enige jaren te Parijs (graveerkunst); in 1792 was hij in Haarlem werkzaam. Graveur, etser en tekenaar van interieurs en portretten (pentekeningen in O.I.inkt). Gaf les aan J. J. Oortman. Rijksprentenkabinet Amsterdam: tekening(en). Immerzeel; Kramm; Scheen: Thieme-Becker: Wallen; Wurzbach.

< >