Pieter de Josselin de Jong geb. St. Oedenrode 2 augustus 1861, overl. Amsterdam 2 juni 1906.
Woonde en werkte in St. Oedenrode tot 1879, Den Bosch, Antwerpen, Parijs, Den Haag 1883-1897, Rheden na 1897, Wassenaar tot 1903, daarna in Den Haag. Leerling van de Kon. School in Den Bosch o.l.v. P.M. Slager van de Akademie v. B.K. te Antwerpen en van de Ecole des Beaux-Arts te Parijs o.l.v. H. Cabanel. Maakte een studiereis naar Rome.
Schilderde, aquarelleerde, etste en tekende portretten, figuur- en genrestukken, later landschappen en vooral interieurs van werkplaatsen en fabrieken (in Engeland, Limburg, Drenthe enz.). Verkreeg de gouden medaille van koning Willem III (1883), diverse gouden medailles en andere onderscheidingen, o.m. te Amsterdam 1883, 1886, Parijs 1889, 1900, St. Louis (U.S.A.), 1904 enz.
Lid van ‘Arti et Amicitiae’ te Amsterdam.
Tentoonstellingen Amsterdam, Antwerpen, Den Haag, Rotterdam enz. 1879-1897: veel portretten, kantoorschrijvers;,hitte;,Kaïn, een muziek partij in de derde klasse, de tram naar Scheveningen, avond in Limburg (pastel), trio in ’t circus (aquarel), het stichtelijk uur, boogschutters (bas-reliëf) enz.
Dordrechts Museum: circusvoorstelling (aquarel). Museum Boymans-van Beuningen Rotterdam: heren portretten, portret van Charles Rochussen.
Haags Gemeentemuseum: enkele portretten, slapende jongen. 1884, aren lezen. Rijksmuseum Amsterdam: een damesportret. 1887 aren lezen.
Rijksmuseum Kröller-Müller Otterlo: een tekening.
Noordbrabants Museum Den Bosch: portret van Jozef Israëls slapende man; drinkende paarden.
Luns: Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek Plasschaert: Schildersboek 1899. Thieme-Becker: Van Hall I; Waller.