Pieter de Goeje geb. Enkhuizen 1779, overl. Haarlem 17 maart 1859. Woonde en werkte in Amsterdam tot 1839, in 1844 werkte hij al in Haarlem. Leerling van zijn vader (behangselschilder te Enkhuizen) tot 1810, van H.Numan en van P. G. van Os. Huwde in 1823 met M. G. Barbiers en werd in 1826 lid van de Koninklijke Akademie te Amsterdam; verkreeg in 1830 een medaille voor de beste tekening van de maatschappij ‘Felix Meritis’.
Heeft vnl. landschappen getekend, geaquarelleerd en geschilderd, heeft ook geëtst en gelithografeerd. Was leermeester van W. Verschuur.
Tentoonstellingen Haarlem 1825 en Amsterdam 18141844: diverse landschappen met vee; boerenerf met vee en figuren; gezicht op het duin achter Overveen; gezicht aan de Brouwerskolk te Haarlem; enz.
Rijksprentenkabinet Leiden: 22 tekeningen, meest portretten. De Snouck-van Loozenstichting Enkhuizen: twee portretten (1817). Gemeentearchief Haarlem: tekeningen, w.o. het excercitieveld der huzaren. Frans Halsmuseum Haarlem: vee in de weide (tek.) en een litho. Rijksprentenkabinet Amsterdam: tekening(en).
Immerzeel; Kramm; Scheen; Thieme-Becker; Voorloopige lijst der Nederlandsche Monumenten VII; Waller; Wurzbach.