Maria Elisabeth Georgina Ansingh (‘Lizzy’) geb. Utrecht 13 maart 1875, overl. Amsterdam 14 december 1959.
Woonde en werkte in Amsterdam. Kreeg de eerste lessen van haar tante Th. van Duyl-Schwartze, daarna leerlinge van de Rijksakademie te Amsterdam (1893-1897) o.l.v. N. van der Waay, A. Allebé en C. L. Dake.
Schilderde, tekende en lithografeerde stillevens, portretten, poppen, dieren en stadsgezichten. Behoorde tot de zgn. ‘Amsterdamse Joffers’. Was lid van ‘Arti et Amicitiae’ en ‘St. Lucas’ te Amsterdam en van ‘Pulchri Studio’ in Den Haag.
Gaf les aan M. E. Deinum, J. E. Osieck en H. Rienks.
Tentoonstelling ‘Arti et Amicitiae’ te A’dam (cat. 14-10 t/m 5-11-1950). Haags Gemeentemuseum: de favoriete (1923). Singer Museum Laren (N.H.): poppenbruiloft, 1936; de vlam, 1937. Dordrechts Museum: de zeven hoofdzonden, 1914. Centraal Museum Utrecht; de nieuwe japon. Rijkscollectie: laatste rozen; de buit,1959.
Luns; Mak van Waay; Plasschaert; Van Hall I en II; Waller.