Gepubliceerd op 21-02-2019

Juriaan andriessen

betekenis & definitie

Juriaan Andriessen geb. Amsterdam 12 juni 1742, overl. Amsterdam 31 juli 1819.

Leerling van A. Elliger en van J. M. Quinkhard, daarna van de Amsterdamse Teken-Akademie (1760). Richtte met Izaäk Schmidt een behangselfabriek op; toen de zaak ging verlopen, werd hij toneeldekoratieschilder en werkte veel samen met H. Numan, o.a. voor de Amsterdamse Schouwburg.

Heeft zeer veel landschappen (w.o. arcadische) geschilderd en getekend.

Gaf les aan A. Andriessen, Chr. An­driessen, P. G. Bertichen, J. Bulthuis, Chr. Dubois, D. Dupré, J. Grandjean, J. Kuyper, G. J. Michaëlis, H. Numan, A. J. Ruytenschildt, J. Schoemaker Doyer, W. J. van Troostwijk, I. Vaarzon Morel, H. Voogd, F. G. Wieringa, J. Ziesenis.

Tentoonstellingen te Amsterdam in 1810, 1813 en 1818: zinnebeeldige voorstelling (in waterverf); Adam en Eva; Daniël in de leeuwenkuil; Jupiter en Leda; plantekenin­gen van monumenten te Leiden en Soestdijk enz. Rijks­museum Amsterdam: zelfportret (schets op papier) vals gem. C. Hansen ft. Stedelijk Museum Amsterdam: enkele behangselstukken. O.Z. Achterburgwal Amsterdam: be­hangsels, w.o. vijf bergachtige landschappen en enkele grauwtjes (alles gem. J. Andriessen 1774). Herengracht 310 Amsterdam: vier wandschilderingen, w.o. bosgezichten en een riviergezicht met pont en herberg. Herengracht 475 Amsterdam: kamerbehangsel (1792).

Keizersgracht 121 Amsterdam: deurstuk J. Andriessen (1799). Keizers­gracht 313 Amsterdam: deurstuk. O.Z. Voorburgwal 316 Amsterdam: vier wandschilderingen, landschappen. Museum Fodor Amsterdam (Verz. Splitgerber): de vrij­heidsboom op de Dam te A’dam (1795, tekening); Ge­meentearchief Haarlem: groot aantal tekeningen, w.o. duinen bij Hillegom; inspektie bij Kraantje Lek; twee schilders bezig in een bosrijke omgeving: Brouwersstraatje bij Overveen; bos bij Hillegom; boslaan in de Haarlemmer­hout: enz. Museum Teylers Stichting Haarlem: verschillen­de arcadische landschappen (aquarellen).

Museum Stania State Oenkerk: twee kamerbeschilderingen (1802). Ge­meentearchief Amsterdam: 13 aquarellen en tekenin­gen (sepia’s) van stadsdelen te Amsterdam. Rijkspren­tenkabinet Amsterdam: groot aantal tekeningen, w.o. schetsen naar schilderijen, enige portretten, w.o. zelfpor­tret. Stedelijke Prentenverzameling Leiden: kalkovens aan de Leidse Vaart bij Hillegom (tekening in kleuren, ge­dateerd 1793). Gemeentearchief Haarlem: groot aan­tal tekeningen. Rijksmuseum Kröller-Müller Otterlo: 5 tekeningen.

Jaarboekje Haarlem 1943, G. H Kurtz (blz. 57-61); Jaar­verslagen Kon. Oudheidkundig Genootschap LXXXVILXXXVII, 1943-1944 en 1944-1945, Amsterdam 1946 (blz. 53-71, J. Knoef); Maandblad v. B.K. 1949.25 (blz. 206-208. C. Veth). Huebner; Immerzeel; Knoef; Kramm; Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek I; Plasschaert; Scheen; Thieme-Becker; Van Hall I en II; Wurzbach.

< >