Gepubliceerd op 21-02-2019

Johannes larij

betekenis & definitie

Johannes Larij (‘Jan’) geb. Dordrecht 7 december 1879, overl. Haarlem 23 januari 1962.

Woonde en werkte in Dordrecht tot 1897, Sumatra tot 1901, Borneo tot 1904, Dordrecht tot 1906, Java tot 1913, Schwarzwald (Dld) tot 1915, Heeze na 1915, Amsterdam, Hilversum, Laren (N.H.), Driehuis (Velsen), Haarlem. Maakte ook nog studiereizen naar Duitsland, Zwitserland en Frankrijk. Enige tekenlessen van zijn vader Cor Larij en raadgevingen van zijn oom Roland Larij; studeerde aan de Académie de la Grande Chaumière, Montpamasse, Parijs.

Was aanvankelijk inspecteur en correspondent voor een oliemaatschappij in Ned. Indië en vestigde zich later aldaar als beroepsschilder. Heeft veel Indische landschappen geschilderd, maakte ook stillevens, bloemstukken, portretten en figuren in een landschap. Heeft als illustrator bekendheid gekregen, o.m. door het illustreren van 6 dln voor het inheemse schoolonderwijs, genaamd: ‘Kembang Setaman’. Was lid van ‘Pictura’ te Dordrecht, ‘St. Lucas’ te Amsterdam en van ‘Kunst zij ons Doel’ te Haarlem.

Werk in het Goois Museum Hilversum.

Luns; Mak van Waay; Plasschaert; Van Hall I en II.

< >