Jean Fournier geb. waarschijnlijk Parijs omstreeks 1700, overl. Den Haag 1765. Leerling van Fr. de Troy (Parijs).
In 1734 kwam hij naar Nederland en vestigde zich te Amsterdam, vertrok van daar naar Den Haag, waar hij in 1747 ingeschreven stond als meester in de Haagse Confreriekamer van ‘Pictura’. Men neemt ook aan dat hij in Engeland geweest is.
Heeft o.m. portretten geschilderd van de hertog van Cumberland en van admiraal Anson. Hij schilderde hoofdzakelijk portretten, zo ook een schutterstuk voorstellende: de Burger-Officieren van het Blauwe Vaandel in Den Haag. Toen hij in Den Haag woonde heeft hij veel gewerkt voor stadhouder Willem IV. Gaf les aan J. Humbert.
Rijksmuseum Amsterdam: een dames- en een herenportret. Het Walen Weeshuis te Amsterdam: twee ovale portretten (1750). Raadhuis Haarlem: vier dames- en herenportretten. Gemeentemuseum Delft: portret van Willem IV (gem. J. Fournier 1752). Raadhuis Delft: portret van Willem IV (1745).
Raadhuis Hoorn: portret van Willem Carel Hendrik Friso. Centraal Museum Utrecht: een herenportret (gem. J. Fournier pinxit 1752). Museum Meermanno-Westreenianum Den Haag: een dames- en een herenportret. Haags Gemeentemuseum: herenportret. Westfries Museum Hoorn: portret van Willem Carel Hendrik Friso.
Immerzeel; Kramm; Scheen; Thieme-Becker; Van Hall II; Voorloopige lijsten der Nederlandsche Monumenten III, Vl, V2; Wurzbach.
