Gepubliceerd op 14-02-2019

Jacob nanninga

betekenis & definitie

Jacob Nanninga (‘Jaap’);* geb. Winschoten 19 november 1904, overl. Den Haag (door verkeersongeval) 6 januari 1962.

Woonde en werkte o.m. in Groningen tot 1933, Amsterdam 1933-(reizen Duitsland, Polen) 1939, Den Haag tot 1946, naar Frankrijk (Cagnes-sur-Mer), 1948 naar NoordAfrika (Algiers enz.), Den Haag. Leerling van de Vrije Akademie te Groningen (1930-1933), de Akademie v. B.K. in Den Haag (1939-1940); studeerde te Amsterdam en Parijs (Académie Libre) enz.

Schilderde portretten, landschappen, stillevens en stadsgezichten in impressionistische stijl, later expressionistisch, daarna meer en meer abstrakt (non-figuratief, dan weer figuraal). Behaalde o.m. in 1951 de materiaalprijs van de Jacob Marisstichting, idem in 1953, won in 1956 de 2de prijs van de ‘Jacob Hartogh-prijs’ van ‘Pulchri Studio’ in Den Haag, idem in 1959. Bijzonder begaafd kunstenaar. Gaf les aan T. van As.

Tentoonstelling Haags Gemeentemuseum (cat. 19-12-’574-2-’58). Overzichtstentoonstelling dec.-jan. 1963 Museum Boymans-van Beuningen Rotterdam, inleiding van C. Doelman.

Museum Boymans-van Beuningen Rotterdam: compositie 128; compositie 132; Bagdad. Haags Gemeentemuseum: middeleeuws toneelspel; compositie I. 1957; compositie. 1957; Uganda. 1958; compositie met blauw, 1906. Frans Halsmuseum Haarlem: compositie; beweging; bij Bommel; paysage (imaginaire). Stedelijk Van Abbemuseum Eindhoven: Afrique du Nord. 1959; figura, 1960; silence, 1960; stilleven. 1953 (gouache); bittere tranen, 1959 (gouache); wandkleed, 1959 (applicatie, textiel). Rijkscollectie: weg met bos; compositie, 1951; Soedan, 1945; compositie IV, 1957; Kontiki II; compositie, 1961; polderlandschap bij avond, 1960; enz. en een aantal gouaches.

G. Lampe, ‘Jaap Nanninga', J. M. Meulenhoff, A'dam 1964.

Nanninga zie P. H. C. In de Betou.

< >