Gepubliceerd op 21-02-2019

Corneille guillaume beverloo

betekenis & definitie

Corneille Guillaume Beverloo (artistennaam: Corneille) geb. Luik (België) 3 juli 1922 (Neder­landse ouders). Woonde en werkte in Luik (B.) tot 1939, Haarlem tot 1940, Amsterdam tot 1950; thans in Parijs.

Maakte reizen naar Hongarije (1947), Noord-Afrika (1948-1949), de Sahara (1952), Mallorca (1953), Midden-Afrika (1956-1957). Zuid-, Midden- en Noord-Amerika (1958). Leerling van de Rijksakademie te Amsterdam (te­kencursus 1940-1941).

Schildert, aquarelleert, te­kent (ook pen en pastel), etst, lithografeert en maakt hout- en kopergravures. Experimentele schilderkunst. Medeoprichter Internationale COBRA-groep. Belangrijk en toonaangevend beeldend kunstenaar.

Sinds 1946 800 binnen- en buitenlandse tentoonstellingen, circa 40 persoonlijke binnen- en buitenlandse exposities. Werk in musea, o.m. Frans Halsmuseum Haarlem; Mu­seum Boymans-van Beuningen Rotterdam: vlammende zomer (1955); tussen de stenen (1961). Haags Gemeente­museum: verbrande aarde, 1954 (bruikleen); voorjaars­weide, 1955; spel tussen zon en golven, 1958; buiten de paden, 1960; een aantal tekeningen, w.o. gestalte, 1948; jeunesse de la vitesse, 1958; 11 prenten, w.o. Tout l’été (kleurenlitho).

Rijkscollectie: personnages dans un paysage africain, 1950; pâturage, 1951; habitants du désert, 1952; terre brûlée, 1954; compositie I, 1958; le voyage du grand soleil rouge, 1963; compositie II, 1959; une aube nouvelle pleine d’oiseaux; en een aantal litho’s en tekeningen.

< >