Hersenverweeking - Wanneer door eenig pathologisch proces in de hersenvaten, of door een embolus of een thrombus de bloedstoevoer naar eenig gedeelte van de hersenen afgesloten is en uit naburige vaten de bloedsomloop hersteld kan worden, sterft dit hersengedeelte af en ondergaat veranderingen van gelijken aard als in andere organen. Bij de hersenen spreken wij dan van h. Het bloed treedt uit de fijnere vaatjes en geeft aan de brijachtige massa een min of meer roode kleur, de roode of gele h.; of een dergelijk uittreden van bloed komt niet tot stand, witte h. Na langen tijd, wanneer de lijder blijft leven, wordt de verweekte massa opgenomen en blijft er een defect over. De verschijnselen beginnen, als een embolus of thrombus de naaste oorzaak is, plotseling, evenals bij de hersenbloeding, hoewel zij meestal niet zoo hevig zijn.
Algemeene verschijnselen als hoofdpijn, lichte bewustzijnsstoringen, wat temperatuursverhooging paren zich aan de verschijnselen van plaatselijken aard, die natuurlijk geheel afhankelijk zijn van het hersengedeelte, waar de verweekingshaard ligt. Zie ook: HERSENBLOEDING. Genezing is natuurlijk uitgesloten in dien zin, dat het verloren gegane hersendeel niet te vervangen is.