Concursus - (Lat.: samenloop), term uit de leer der voorzienigheid: medewerking n.l. van God met het schepsel. God werkt n.l. in zijn schepping niet onmiddellijk, maar zóó, dat de schepselen, krachtens hunne organisaties en vermogens, zelve werken en God met hen medewerkt, door hen te leiden en te versterken. De c. stelt de betrekking tusschen God en Zijn schepping niet mechanisch, maar organisch voor.
Hierbij wordt zoowel de abstrakte scheiding van God en schepsel (deïsme) als de onderscheidlooze vereeniging (pantheïsme) afgeweerd. God, als eerste oorzaak, werkt samen met de tweede oorzaken, niet in den zin van verdeeling van arbeid, maar zóó, dat God het schepsel zelf en tot op zekere hoogte zelfstandig doet werken.