Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2021

macrofaag

betekenis & definitie

[Gr. fago, eten], v./m. (―fagen), (biologie) een cel (grote eetcel) die allerlei ongerechtigheden in de weefsels opruimt door middel van fagocytose.

Een macrofaag maakt deel uit van het reticulo-endotheliale systeem. Deze cellen (in rusttoestand ook wel histiocyten genoemd) hebben een onregelmatige vorm en een ronde tot elliptische kern. Macrofagen kunnen zich amoeboïd door het weefsel bewegen met behulp van pseudopodiën. Zij worden aangetrokken door bepaalde ongerechtigheden in het weefsel (b.v. bacteriën, dode cellen), waarbij zij deze opruimen door fagocytose. Aldus kunnen zij geheel gevuld raken met vreemde partikels en vacuolen. Soms nemen zij daarbij de vorm aan van reuzencellen, m.n. bij chronische ontstekingen. Macrofagen ontstaan uit nonocyten. Zij spelen een grote rol bij de genezing van ontstekingen. Men kan ze in alle weefsels aantreffen, maar vooral in lever, milt, beenmerg, longen en in de buikholte.

< >