Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

kabeljauwvormigen

betekenis & definitie

m. (mv.), (ook: schelvisvor

migen, Anacanthini), Gadiformes, vissenorde, behorend tot de weekvinnigen.

(e) De kabeljauwvormigen omvatten 5 recente families, 63 geslachten en bijna 400 soorten, waarvan verscheidene van economisch belang. Zij hebben geen vinstekels en zijn →fysoclisten; de schubben zijn van het cycloïde type (→schub). Vooral de families Macrouridae (ca. 250 soorten) en Moridae (ca. 70 soorten) omvatten diverse diepzeesoorten. De best bekende familie, de kabeljauwachtigen (Gadidae), met ca. 60 soorten, wordt langs de Ned.-Belg. kust vertegewoordigd door 15 soorten: →kabeljauw, →schelvis, (zwarte) →koolvis, →pollak, →dwergbolk en →steenbolk, →wijting en →blauwe wijting, →kwabaal, →leng, →vorskwab, enviersoorten →meun. Verder is de orde vertegenwoordigd door de →heek of stokvis (familie Merluccidae) en de →puitaal (familie Zoarcidae). De orde schijnt betrekkelijk jong te zijn, de oudste fossielen dateren van het Paleoceen.

< >