m. (-alen), (ook: aalkwab, aalkwabbe, aalpuit, puitaal), Lota lota, een kabeljauwachtige vis (familie Gadidae) uit de orde kabeljauwvormigen.
(e) De kwabaal komt voor in zoet water (een uitzondering voor de kabeljauwachtigen). Het lichaam is langgerekt, rond en vrij week, met twee rugvinnen, waarvan de tweede lang is, evenals de (enkele) aarsvin. De schubben zijn klein en talrijk; de tanden voor een roofvis opmerkelijk klein. Beide neusgaten zijn voorzien van een kleine voeldraad; een langere draad zit aan de kin. De kwabaal is behalve de lichtere buik, groenof geelbruinig gevlekt of gemarmerd. Hij wordt tot 60 cm lang.
De kuit wordt als kaviaar gegeten. Deze soort komt in Nederland met mate verspreid in allerlei wateren voor. Het grote verspreidingsgebied omvat Noorden Midden-Europa, Siberië en noordelijk Noord-Amerika.
