Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

inkoopcombinatie

betekenis & definitie

v. (-s), (ook: inkooporganisatie, inkoopvereniging), vorm van samenwerking, m.n. in de detailhandel en dan doorgaans op coöperatieve grondslag, tussen zelfstandige winkeliers, waarbij bepaalde personen de inkoop voor de leden verzorgen en belast zijn met de dagelijkse leiding (gesalarieerde directeuren, bedrijfsleiders).

(e) De inkoopcombinatie neemt zelf de uitoefening van de grossiersfunctie ter hand, dit in tegenstelling tot het meer op de verkoop gerichte →vrijwillig filiaalbedrijf, waarmee zij overigens veel overeenkomt. Voordelen zijn o.a. verbeterde financieringsmogelijkheden, fiscale en bedrijfseconomische voorlichting, gezamenlijke reclame, soms eigen merkartikelen, overname van het kredietrisico door de combinatie.

De inkoopcombinatie is een van de weinige distributievormen die niet in de VS, maar in Europa zijn ontstaan. Nederland telde 210 inkoopcombinaties in 1974.

In België zijn de inkoopcombinaties in hoofdzaak te vinden in de textielen voedingsbranche. In de voedingssector kent men twee belangrijke inkoopcombinaties, nl. Limburgia te Hasselt en La Chaîne te Luik.

LITT. O.Richter, Die Einkaufsgenossensch. des selbständigen Einzelhandels in den Ländern der europ. Wirtschaftsgemeinsch. (1962); Inkoopcombinaties, uitg. Econ. Inst. Middenen Kleinbedrijf (1972); J.D.Jongma, De inkoopcomb. in evolutie (in: Dynamiek in de distributie II, 1975).

< >