Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-08-2021

Dading

betekenis & definitie

v. (-en), overeenkomst, waarmee een lopende procedure wordt beëindigd of een dreigende procedure wordt voorkomen, en waarbij beide partijen zich met het oog hierop een offer getroosten; vergelijk.

Voor de dading is zowel de beslechting van een bestaand geschil als het van beide zijden iets prijs geven, ten einde tot dit resultaat te komen, essentieel. Schriftelijke vastlegging is bestaansvereiste. De dading (geregeld bij de artt. 1888-1901 Ned. BW) behoort tot de vaststellingsovereenkomsten, hetgeen betekent dat, wanneer bij een dading het eigendom van een zaak aan een van de partijen wordt toegewezen, een eigendomsoverdracht niet nodig is. Men stelt vast dat degene, aan wie de zaak wordt toegewezen, eigenaar is.

In België is dading hetzelfde begrip als in het Ned. burgerlijk recht. Deze consensuele, wederkerige, en onder bezwarende titel gesloten overeenkomst wordt geregeld door de artt. 2044-2058 BW, nagenoeg op grond van dezelfde beginselen als die van het Ned. BW. Niet enkel wegens bedrog of geweld kan dading vernietigd worden, maar ook op grond van wezenlijke dwaling, d.i. dwaling omtrent de hoofdbestanddelen van de overeenkomst, o.a. omtrent de persoon of omtrent het voorwerp van het geschil (artt. 1110 en 2053 BW). Evenwel bepaalt de wet dat dwaling omtrent het recht de dading niet aantast (art. 2052 BW).

< >