Onze Taal Woordpost

Genootschap Onze Taal (2020)

Gepubliceerd op 25-01-2021

piëdestal

betekenis & definitie

voetstuk

uitspraak
[pjee-duh-stal]

citaat
“Na de snelle val van de piëdestal wacht IBA een lange mars terug naar de beleggersgratie en eerherstel. Hoe lang die mars kan zijn, leert het voorbeeld van Recticel (stabiel op 10,10 euro).”
Bron: Hoe IBA in een rotvaart van zijn piëdestal donderde (De Tijd, 24 maart 2018)

woordfeit
Een piëdestal is een voetstuk, meestal van een beeld of een gedenkteken, of een voetstuk waar je bijvoorbeeld een vaas op kunt zetten. In oudere Nederlandse teksten duidt het woord de voet van een zuil of kolom aan. In het citaat hierboven is piëdestal gebruikt als onderdeel van de uitdrukking van zijn piëdestal vallen, die soms gebruikt wordt als variatie op van zijn voetstuk vallen (‘flink in aanzien dalen, zijn goede positie kwijtraken’).
Piëdestal/pedestal komt via het Franse piédestal van het Italiaanse piedestallo of piedistallo; aanvankelijk was dit een woordgroep: piè di stallo, waarin piè ‘voet’ betekent en stallo ‘verhoging, stellage’ of ‘zetel’. Het Italiaanse piè/piede ‘voet’ gaat terug op het Latijnse pes. Het woord stallo, dat in ouder Italiaans ‘verblijfplaats’ betekende, komt van een Germaans woord dat in oorsprong hetzelfde is als het Nederlandse stal.

< >