Gepubliceerd op 17-01-2021

Marinus kok

betekenis & definitie

Ned. oud-katholiek geestelijke, *8.2.1916 Leiden. Kok werd in 1941 priester gewijd.

Hij was werkzaam in de zielzorg te Amersfoort, Arnhem en Groningen, en werd vervolgens docent aan het seminarie te Amersfoort. Van 1970—82 was hij aartsbisschop van Utrecht en daarmee geestelijk hoofd van de Roomsch-Katholieke Kerk der → Oudbisschoppelijke Clerezie in Nederland.

< >