Gepubliceerd op 17-01-2021

International bank for reconstruction and development

betekenis & definitie

(IBRD) (ook: Wereldbank), internationale bank, een gespecialiseerde organisatie van de VN, opgericht voor de financiering van wederopbouwen ontwikkelingsprojecten. Het geeft hulp waarvoor geen particulier kapitaal op redelijke voorwaarden beschikbaar is.

In 1979 bedroeg het aantal leden 134. Tot de niet-leden behoren o.a. Zwitserland en praktisch alle communistische landen (behalve Joegoslavië en Roemenië). In 1980 werd de Volksrepubliek China lid. De Board of Executive Directors is uitgebreid tot 20, van wie er vijf worden benoemd door de vijf grootste aandeelhouders (dc BRD, Frankrijk, Groot-Brittannië, Japan en de VS), de overige 15 door de rest van de leden. Het stemrecht is gebaseerd op de bijdrage aan het International Monetary Fund (slechts leden van het i M F komen in aanmerking voor lidmaatschap van de IBRD), zodat de ‘grote vijf’ 47 % van de stemmen hebben. President is sedert 1.7.1980 de Amerikaan Alden Winship Clausen.De iBRD is in de loop van de jaren zeventig uitgegroeid tot de grootste kredietverlenende instelling voor de ontwikkelingslanden (samen met haar dochter, de International Development Association, IDA). In 1979 werden 142 projecten goedgekeurd, die in 44 landen waren gelegen. In 1979 verstrekte de bank voor het eerst leningen om landen in staat te stellen zich aan te passen aan de grote veranderingen in de wereldeconomie, o.a. veroorzaakt door de enorme prijsstijgingen van de olie. In 1979 was voor dit doel f610 mln. uitgetrokken en in 1980 ca. f 1,5 mrd. Het voornaamste arbeidsterrein bleven echter de ontwikkelingsprojecten, waarvan eenderde op het gebied van de landbouw en plattelandsontwikkeling. Meer dan de helft van deze projecten was gericht op de kleine boeren.

Verder werden leningen verstrekt voor de exploratie van olie-, gas- en kolenvoorraden in olie-importerende ontwikkelingslanden. De leningen hiervoor bedroegen in 1980 vier maal zoveel als in het jaar daarvoor. Het meeste geld ontvingen in 1979: Brazilië (f 1,4 mrd.), Turkije (1,2 mrd.), Indonesië (1,16 mrd.), Zuid-Korea (1,09 mrd.) en Thailand (1,08 mrd.). Van de totale hulp ging 43 % naar landen met het jaarlijks bruto nationaal produkt van f 1250 of lager, alle leningen van de IDA gingen naar deze armste landen.

Litt. A.van der Laar, The World Bank and the poor (diss. 1979, handelsuitg. 1980).

< >