v., de. door vertaling ontstane bijbeltekst.
© Sinds 1966 hebben het Ned. Bijbelgenootschap (NBG), de Katholieke Bijbelstichting (KBS), het Belg. Bijbelgenootschap en de Vlaamse Bijbelstichting het initiatief genomen om tot één oecumenische bijbelvertaling te komen. Als eerste resultaat werd een uniforme spelling van de bijbelse eigennamen ingevoerd (waarbij b.v. het voor rooms-katholieken zo vertrouwde Isaïas gewijzigd werd in Jesaja). In 1972 presenteerden NBG en KBS een oecumenische psalmenvertaling van de hand van Ida Gerhardt en Marie van der Zeyde. De KBS-vertaling van het OT, De bijbel vertaald uit de grondtekst, kwam gereed in 1975. NBG en KBS publiceerden in 1978 een nieuwe bijbelvertaling in het Fries, Bibel-, de eerste Friese vertaling was in 1943 verschenen. De Groot nieuws-bijbel in de omgangstaal werd in 1983 compleet met de vertaling van het OT, inclusief de deuterocanonieke dan wel apocriefe boeken.
Van joodse zijde verscheen in 1970—71 van de hand van J.van Dasberg een nieuwe Ned. vertaling van de tora (de vijf boeken van Mozes).