STEGHE (Mr. Zigher ter), ook ter Stege, geb. te Steenwijk in 1535 en aldaar overl. 1605.
Als zoon van den burgemeesterGheert ter Stege uiteen aanzienlijke steenwijksche familie geboren, werd hij in 1558 secretaris van zijn geboorteplaats en bekleedde dit ambt, met uitzondering van de jaren derspaansche bezetting (1583 tot 1592) tot aan zijn dood. Toen het bestuur van Steenwijk in 1576, met het oog op den verwarden toestand van het recht der stad, besloot een nieuw keurboek samen te stellen, werd het ontwerpen daarvan aan ter Steghe opgedragen, die weldra een strafwetboek in 26 hoofdstukken voltooid had, dat, na op 11 Jan. 1579 door den raad te zijn aangenomen, werd ingevoerd. Het werk is systematisch bewerkt en voor zijn tijd in vele opzichten voortreffelijk. Een concept burgerlijk wetboek van zijn hand kwam door de spaansche troebelen niet tot invoering, maar is - na door Johan Wolfsen, Paul Buis en Everhard ter Stege te zijn nagezien - toch later wet geworden en in 1609 als stadboek ingevoerd (zie het voorg. artikel). Zijn
vrouw Ida Wul ffs (Wolfsen) schonk hem vier kinderen.
Keurboek en Stadboek uitg. door A. Telting, Stadr. v. Steenwijk (Zwolle 1891) (Vereen. Overijs. R. en Gesch.). Zie ook M.E.
Houck, Meded. betreft. G. terBorch, enz. in Verst, dier vereeniging, XX, 431.
van Kuyk