NBW

Redactie P.C. Molhuysen en PJ. Blok (1914)

Gepubliceerd op 11-05-2022

Siersma, sierik]

betekenis & definitie

SIERSMA (Sierik), te Alkmaar geb. 7 Maart 1624, overl. 29 Jan. 1665, zoon van FongerS. en Maria v.d. Veen.

Hij werd notaris te Alkmaar in 1643 en huwde 7 Mrt. 1656 te Haarlem de 18-jar. Josina, dochter van Michiel de WaelenCunerav. Baersdorp,die hem 5 dochters schonk, waarvan de oudste reeds na 5 maanden levens bezweek. Zijne weduwe overleed te Haarlem 30 Sept. 1677. S. werd 23 Aug. 1661 aan de hoogeschool te Leiden als candidaat in de rechten ingeschreven; hij vervaardigde de beschrijving van Alkmaar voor de tweede uitgaaf van den plattegrond der stad bij Joh. Blaeu, gedeeltelijk op de rugzijde, gedeeltelijk op 2 vellen gedrukt, te zamen 10 blz. gr. fol., behoorende tot het bekende Stedenboek.

Zie: Bruinvis, OverAlkmaarsche Geschiedboeken en Geschiedschrijvers. Bruinvis

< >