RUBENS (Gerardus), geb. te Brussel 4 Apr. 1674, overl. 21 Jan. 1736 in de abdij St. Bernard aan de Schelde, O.
Cist., waar hij 27 Jul. 1693 zijne kloostergeloften had afgelegd. Hij behoorde tot de familie van den schilder Paulus Rubens, wiens familiewapen hij ook voerde. Na zijne priesterwijding, 24 Mei 1698, was hij gedurende 16 jaar lector der godgeleerdheid in de abdij. Sinds 1717 biechtvader in de abdij van Roosendaal, O. Cist. werd hij 4 Aug. 1720 benoemd tot pastoor te Oud-Gastel. Hij is echter geen landdeken van Bergen-op-Zoom geweest zooals Krüger en van Doninck aangeven. Tweemaal werd hij door de abdijleden tot abt gekozen, voordat de keizer hem benoemde.
Daarna werd hij 23 Aug. 1722 gewijd. Zijn bestuur was een zegen voor de abdij. Als ijveraar voor de biblio-
theek is zijne gedachtenis vereeuwigd. Zoo dikwijls hij van Mechelen of Brussel thuis kwam was zijne koets zoo vol boeken geladen, dat hij zelf bijna geen plaats vond. Hij zorgde ook voor het samenstellen van een catalogus, 4 deelen in fol., thans nog bewaard in de abdij St. Bernard. De gouvernante Maria Elisabeth stelde hem aan om de keuze van een abt te Orval te leiden en tevens een onderzoek in te stellen nopens de vlucht van eenige Orvallisten naar Rijnwijk in Utrecht, 1726. Hij slaagde er in het Jansenisme voor goed uit de abdij te bannen en den vrede te herstellen.
Zijn geschilderd portret wordt nog bewaard in de abdij te Bornhem evenals eenige zijner hss. waaronder: Summarium chronologicum continens exordium et progressum abbatiae B.M.V. Loci Sti. Bernardi.
Zie: G. Bouvart, Verschyden gedichten (H.S.) II, 320-361; IV, 307-311; Mart. van Dyck, Oratio funebris in exequiis Rev. Ampl. D.D. Gerardi Rubens O. Cist. abbatis dignissimi dicta (Antv. 1736); Gallia Christ.
V, 147; Krüger, Kerk. Gesch. bisdom Breda III, 389; van Doninck, Obituarium monasterii Loci Sti. Bernardi (Lérins 1901) XXVIII, XXIX, XXXVIII, XLIV, XLVI-LII, 14, 22, 43, 66; Goffinet, Le Jansénisme dans l'abbaye d'Orvalin Ann. de l'inst. arch. du LuxembourgXIX (1887) 33-42; Tillière, Histoire de l'abbaye d'Orval (Namur 1897) 488-490; Cisterc. ChronikXIX (1907) 150, 151; Archief abdij Bornhem.
Fruytier