NBW

Redactie P.C. Molhuysen en PJ. Blok (1914)

Gepubliceerd op 06-05-2022

Janse, mr. jacobus stroobant

betekenis & definitie

JANSE (Mr. Jacobus Stroobant), geb. te Middelburg 24 Oct. 1791, overl. ald. 7 Mei 1866. Hij was de zoon van Abraham Laurens Janse, pondgaarder ald. enAmelia Pieterse Brewegen, die te Middelburg overl. 20 Febr. 1802. Hij ontving zijn opvoeding te 's Gravenhage, waarschijnlijk doordat zijn vader hertr. met Joanna Elisabet Gosse, en was ald. werkzaam bij H. Aeneae, inspecteur der maten en gewichten. Hij studeerde te Leiden, promoveerde ald. 1810 tot doctor in de beide rechten en vestigde zich als koopman en tevens advocaat te Middelburg. In 1823 werd hij plaatsvervangend vrederechter, 1838 plaatsvervangend kantonrechter tot 1846. In 1826 rechter in de rechtbank van koophandel, 1831 voorzitter van gen. rechtbank tot 1838 toen dit college werd opgeheven. Hij heeft uitgegeven: De reductie van den Zeeuwsche- Nederlandschen zilveren ducaat of zoogenaamden Zeeuwschen rijksdaalder, beschouwd als eene hoofdoorzaak des vervals en der niet weder opkomst van den handel in Zeeland (Middelburg 1843). Hij huwde te Middelburg 3 Maart 1820 Johanna Elisabeth

Andriessen, dochter van Johan Cornelis Andriessen, koopman ald., enMaria Barbara van Lemzeele.Uitdithuwelijkwerdslechtseenedochter geboren, Johanna Cornelia, vrouwe van Zoutelande en Werendijke, welke ambachtsheerlijkheid haarvader 1857 bij publieke veiling voor ƒ 1250 kocht van de stad Vlissingen; sinds noemde hij zich evenals zijne dochter Janse van Zoutelande. Zij huwde Juli 1877 (ondertr. te Middelb. 6 Juli) den generaal-majoor Nicolaas van Wilis, gouverneur der Koninklijke Militaire Akademie te Breda, die 6 Mei 1884 overl.

Stroobant Janse was een practische koopman, zeer vermogend en algemeen geacht.

Zie: Zelandia Ill. I, 721.

de Waal

< >