NBW

Redactie P.C. Molhuysen en PJ. Blok (1914)

Gepubliceerd op 11-05-2022

Gallus, abraham (2)

betekenis & definitie

GALLUS (Abraham) (2), of de Haan, geb. te Delft, overleed 1664 te Doeveren en Genderen, waar hij in 1630 predikant geworden was, na eerst te Well en Ammerzode te hebben gestaan (1627-1630) en te Leiden als alumnus van het Statencollege te hebben gestudeerd (ingeschr. 8 Mei 1619). Hij maakte een register op Calvijn's Institutio in de vertaling van Wilhelmus Corsman (1650).

Zie: Borger, Naamlijst van predikanten (H.S. univ. bibl. Amsterdam); Knuttel, Acta derZuid-Holl. Synoden ('s Grav. 1908

v.v.) I, 468; II 71,110,148; III 290; Nieuw kerkelijk Handboek 1903, Bijl. 162; Sep p in Godgel. Bijdragen I (1868) 871. van Schelven

< >