NBW

Redactie P.C. Molhuysen en PJ. Blok (1914)

Gepubliceerd op 11-05-2022

Claris, jacob

betekenis & definitie

CLARIS (Jacob), 1793 luitenanten bevelhebber van de Komeet, bestemd naarO.-I. maar aan de Kaap gebleven, nam 1796 deel als kapitein aan de expeditie van Lucas naar de Kaap, ried vóór de overgave van diens vloot in de Saldanha-baai den krijgsraad de Engelschen te ontvluchten, maar vond geen gehoor en werd krijgsgevangene. 1797 teruggekeerd, was hij een der zeven rechters over de bevelhebbers uit den slag bij Kamperduin, 1801 vlagkapitein van admiraal de Winter. 1802-1804 was hij kapitein van het linieschip de Bato in het eskader van schout-bij-nacht Dekker, dat in O.-I. moest optreden; hij schijnt daar in 1804 te zijn overleden.

Zie: de Jonge, Zeewezen IV, passim.

< >